Elke jaar in juni verschijnt de AMuse; hét magazine van AM over placemaking. Inspirerend en informerend. Voor iedereen die geïnteresseerd is in placemaking en alles wat daarbij hoort. Met bijzondere placemakers, spraakmakende interviews, boeiende verhalen, het laatste nieuws op het gebied van placemaking en nog veel meer. In de aanloop naar de nieuwe editie publiceren we maandelijks 'AMuse; placemakers aan het woord'. Deze keer: Maartje ter Veen
AMuse: placemaker Maartje ter Veen
Beroep: Social designer Studio MARCHA!
Leeftijd: 45
Trots op: Dat ik met mijn maakkracht de wereld een stukje beter maak
Key in placemaking is… Werk niet alleen samen met professionals, maar ook met bewoners. Dat zijn de experts.
Als kind
“Als kind wilde ik de wereld al in een goede richting trekken. Ik had links-strenge ouders. Ik wilde kunstenaar worden, maar ook iets bijdragen aan een betere wereld. Dus ik dacht: ga ik alleen iets doen wat ik leuk vind of ga ik iets goeds doen voor de wereld? Nu doe ik het alle twee.”
Wakker kussen
“Ik heb architectuur gestudeerd in Delft en genderstudies in Amsterdam. Dit heeft mij ontzettend gevormd. Architectuur gaat over bouwen, genderstudies over diversiteit en ongelijkheid. Dit heb ik uiteindelijk gecombineerd: ik hou mij bezig met de fysieke leefomgeving en de sociale kant daarvan. Met mijn werk probeer ik eigenlijk een heleboel mensen wakker te kussen om meer invloed te krijgen op hun leefomgeving, want ik vind echt dat we dat veel beter moeten verdelen.”
Samenmaakkracht
“In mijn ogen zijn participatie en co-creatie bij een ontwikkeling essentieel. Werk niet alleen samen met professionals, maar ook met bewoners, want dat zijn de experts. Ik geloof in samenmaakkracht, want als je iets samendoet, krijg je veel spannendere antwoorden en veel betere ideeën. Als je iets wilt doen voor een genereuze stad, waar diverse stemmen een plek krijgen, dan ontkomt je hier niet aan. Er zit gewoon ontzettend veel kennis in anderen.”
In de prullenbak
“Als het over diversiteit in de stad gaat, hebben mensen het altijd over de inclusieve stad. Die term mag wat mij betreft de prullenbak in! Er hangt een beetje de illusie aan dat we allemaal blij met elkaar samenleven. Zo van ‘kom er gezellig bij’. Maar kom waarbij? Wie bepaalt dan wat dat is? Daar zit een grote ongelijkheid in, want dan schep je een kader waar iedereen toch weer in moet passen. Daarom moeten we het hebben over de genereuze stad.”
De genereuze stad
“Een genereuze stad is een plek waar ruimte is voor iedereen. Waar ruimte is voor confrontatie. Onderzoek met elkaar hoe het wel kan. Je zult je neus stoten, je zult botsen, maar dat is oké. We komen nu eenmaal allemaal uit een ander blik. Onderzoek gewoon hoe je elkaar in dat schurende toch kunt vinden en toch dingen samen kunt doen. Dan kom je tot de beste oplossingen. Daar ben ik van overtuigd.”
Op een andere manier
“Ik denk dat het voor iedereen duidelijk is dat we gebiedsontwikkelingen op een andere manier moeten gaan aanpakken. We kunnen niet weer oude stukjes stad uitrollen zoals we dit altijd hebben gedaan. We moeten anders omgaan met energie, met voedsel, met water. En met mensen. En we moeten diverser bouwen. Gebruik de energie die er al in een gebied zit, gebruik de bewoners, de gebruikers. En wees genereus naar elkaar. Dan krijg je die genereuze stad.”