Het aantal Nederlanders dat op meer dan 100 meter boven de grond woont, groeit flink. Met de hoge grondprijzen en de woningnood in de steden weten gemeenten en ontwikkelaars wat ze moeten doen: de lucht in.

Op dit moment telt Nederland 26 woontorens van meer dan 100 meter hoog. Over zes jaar zijn dat er 55, als alle bouwwerkzaamheden volgens plan verlopen. Dat blijkt uit onderzoek van deze nieuwssite.
De verdubbeling heeft volgens Klaas de Boer van stichting hoogbouw alles met de prognoses van bevolkingsgroei en druk op de woningmarkt te maken. ,,We willen er veel woningen bij, maar niet onze groene gebieden volbouwen. Daarom wordt in de steden iedere vierkante meter zo efficiënt mogelijk gebruikt.’’
Spectaculair
Rotterdam is absolute koploper met twaalf woontorens van meer dan 100 meter hoog. Daar komen er de volgende jaren zeker negen bij. Daarnaast wordt nog eens onderzoek gedaan naar achttien nieuwe wolkenkrabbers. Een paar maanden geleden is begonnen met de bouw van het meest spectaculaire project van de stad en land: de Zalmhaven. Deze woontoren wordt maar liefst 215 meter hoog en is daarmee de hoogste flat van de Benelux.
Naast Rotterdam investeren Den Haag en Eindhoven stevig in wolkenkrabbers met woningen. Rondom de Haagse stations worden de komende jaren drieduizend nieuwe woningen gebouwd en vanwege de beperkte ruimte moeten ontwikkelaars hoog bouwen. Den Haag heeft nu nog vijf flats van meer dan 100 meter en groeit in de komende jaren naar minimaal veertien woontorens van dat formaat. Daarnaast zijn nog plannen voor zo’n tien torens van meer dan 70 meter hoog, de officiële grens voor het fenomeen ‘hoogbouw’.

Ook in kleinere steden wordt nagedacht over hoogbouw. In Tilburg is een nieuwe woontoren van 133 meter hoog in verkenning. Die stad heeft met twee hoge woontorens (Stadsheer en Westpoint) al wel ervaring met wolkenkrabbers in de stad. Anders is dat in Leiden, waar plannen voor een woontoren van 115 meter hoog vooralsnog stuiten op veel politiek verzet.
Dat komt vaker voor. Onder meer Breda heeft geen grootse plannen, uit respect voor een kerk die het stadsbeeld bepaalt. In de Brabantse stad geldt de regel dat niet hoger mag worden gebouwd dan de Grote Kerk (97 meter hoog). Utrecht laat binnenkort voor het eerst hoger bouwen dan de Domtoren van 112 meter. In Leidsche Rijn Centrum komt een woontoren van 140 meter hoog, daarnaast een van 100, een van 80 en daaromheen ‘laagbouw’ van 25 meter hoog.
Op die manier krijgt de stad op de schaarse en dure grond er toch weer 1100 woningen bij. Uitgangspunt van de gemeente Utrecht is dat de torens passen in de omgeving. Rond het Centraal Station mogen nieuwe gebouwen niet boven de 90 meter uitkomen, maar in de Rivierenwijk geldt zelfs een maximum van vier woonlagen (12 meter).
Ook Amsterdam heeft de hemel ontdekt, met name aan de noordzijde van het IJ. Maar de hoofdstad is zuinig met torenhoge flats. Alleen de Y Towers en Valleytower tikken de 100 meter aan. ,,Het zijn gewoon fallussymbolen: kijk eens wie de grootste heeft’’, zei Walther Schoonenberg van de Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad in Het Parool. ,,Amsterdams verzet heeft met het historische centrum te maken’’, zegt Klaas de Boer, voorheen directeur van de Zuidas. ,,Steden doen er goed aan zich af te vragen of hoogbouw bij de omgeving past. Het moet een mooi ensemble zijn en bij de stad passen. Ik denk dat Eindhoven met alle hoogbouwplannen laat zien dat daar nieuw elan heerst, met de groei van kenniscentrum Brainport. Een nieuwe skyline past daarbij.’’

Maar de steden zeggen het niet te doen om de skyline of een wedstrijdje wie de grootste heeft. ,,We kiezen er in Rotterdam voor om de binnenstad levendig te maken’’, zegt wethouder Bas Kurvers (VVD). ,,Dat betekent dat je na moet denken over de functies die je aan gebouwen geeft. In de woontorens appartementen, onderin horeca, sportgelegenheden en maatschappelijke diensten zoals een postkantoor.’’
Toch staat zelfs in Rotterdam niet iedereen te springen om zoveel hoogbouw, al is het maar omdat de torens lange schaduwen over de stad werpen. Oud-burgemeester Bram Peper meldde zich nog om het ontwerp van de Zalmhaven af te kraken. Hij vond de kolos totaal niet passen in het karakteristieke Scheepvaartkwartier. Verder geldt: hoe meer flats, hoe minder uitzicht. Om die reden spoorde de ontwikkelaar van de Cool Tower nieuwe bewoners aan bezwaar te maken tegen de Baan Tower. Een burenruzie nog voordat de schop in de grond staat.
Ambitieus
Rotterdam komt dit jaar nog met een nieuw ‘hoogbouwbeleid’ met daarin ambitieuze plannen. ,,Misschien zit daar gezonde competitie bij, maar het gaat erom dat je een mooie, goede stad creëert. We kijken dan ook kritisch naar de locaties: hoe landt zo’n hoge toren in het stedelijk weefsel? Is de aansluiting op het openbaar vervoer goed of is er nog een mobiliteitsslag nodig?’’ Bas Kurvers, Wethouder wonen, Rotterdam.
Voor de populariteit hoeven de huizenbouwers het niet te laten. Wonen op grote hoogte is hot. Voor de woningen is veel interesse, hoewel dat momenteel voor alle huizen geldt vanwege de krapte op de markt. Klaas de Boer voorziet op termijn toch problemen. ,,Wat ik zie gebeuren is dat hoogbouw soms moeilijk van de grond komt door strengere eisen van gemeenten. Ze willen in de torens gemengde doelgroepen huisvesten, dus ook sociale woningbouw. Dat geeft nu soms al hoofdbrekens om projecten rond te rekenen. Als je boven de 70 meter bouwt, komen er allerlei kostbare veiligheidseisen bij kijken, zoals de verplichte installatie van een sprinklersysteem.’’

De megatorens geven de steden hoe dan ook de dimensie van een metropool. Je woont dan niet in New York, maar veel gebouwen zouden er zeker niet misstaan. Al geldt dat misschien niet voor Westpoint in Tilburg, de 140 meter hoge flat die al sinds 2004 de aandacht trekt. Onomstreden is-ie niet met z’n ietwat saaie, betonnen uiterlijk. Sommige Tilburgers vinden het een soort gevangenis. Maar de binnenkant van de bovenste verdiepingen is op z’n minst luxueus te noemen en toch ook wel stijlvol (zie video), mede dankzij de grote raampartijen die het overweldigende uitzicht onthullen op Nachtwacht-formaat.
Hoog wonen
Hoe het is om torenhoog te wonen? Gaaf, zegt Marlieke Robbers (22). Ze betrok een half jaar geleden met haar vader en zusje een van de penthouses Westpoint op de 44ste verdieping. ,,Gelukkig had ik geen hoogtevrees. Een vriend van mijn vader wel, die durft niet bij het raam te staan. Ik ben aan de hoogte inmiddels wel gewend, maar blijf genieten van het uitzicht. Met onweer is het prachtig. Je ziet de lichtflitsen horizontaal, dat had ik nooit eerder gezien. Oh, en wist je dat op deze hoogte geen insecten voorkomen?’’
Het appartement van Robbers is 320 vierkante meter groot, dus aan ruimte geen gebrek in deze wolkenkrabber (waar het uitzicht trouwens geregeld nul is omdat de wolken dan écht op die hoogte hangen). Zijn er wel nadelen? ,,De lift laat soms lang op zich wachten. En ja, je gaat niet even lopen’’, zegt Robbers nuchter. ,,Verder bekruipt me soms het gevoel dat ik alleen ben. Niet eenzaam, hoor, ik wil niet overdrijven. Maar als ik dan naar beneden kijk… je kijkt óp de wereld en maakt er geen onderdeel van uit. Je kunt geen gezichten onderscheiden van de mensen die langsfietsen bijvoorbeeld. Alsof het allemaal niet echt gebeurt.’’
In Rotterdam gaan de komende jaren veel mensen meemaken wat Robbers bedoelt. De stad kent de hoogste gebouwendichtheid in de lucht. Al is de Zalmhaven met z’n toren van 215 meter van een ander niveau. Volgens Wilco van den Ban, directeur van gebiedsontwikkelaar AM Zuidwest en medeverantwoordelijk voor het project, past de toren bij de Rotterdamse ambitie om meer balans te creëren tussen wonen en werken in de stad. Zo ontstaat er 24/7 levendigheid in de omgeving.’’

Bij de Zalmhaven in Rotterdam en District E in Eindhoven zitten de verschillende functies zelfs gesloten in de gebouwen zelf. Behalve appartementen, is er bij dit soort nieuwe projecten vaak ook ruimte voor kantoren, hotels, restaurants en zelfs sportscholen. Een combinatie die je in alle metropolen ook ziet, van New York tot Kuala Lumpur. ‘Een multitalent gebouw’, noemt Van den Ban het. ,,Zo ontstaan er verschillende ritmes, waardoor het niet snel een dooie boel zal worden.’’
Zo’n toren neerzetten is geen koud kunstje, trouwens. Op de ‘slappe grond’ van het door water omringde Rotterdam wordt een fundering gelegd van 164 betonnen palen die 60 meter diep de grond in gaan. Het duurt nog een kleine drie jaar tot de eerste bewoners van het uitzicht mogen genieten. En als het dak erop zit, heeft Wilco van den Ban een record op zijn naam staan. Of dat nog meespeelt. ,,Nee, de hoogste worden is geen doel op zich. We geven invulling aan de vraag naar veel woningen en naar een hoogwaardige beleving voor de bewoners. Maar gaaf is het wel, natuurlijk’’, besluit hij met een knipoog.
