Het is hoog tijd om het samenleven in ons land opnieuw vorm te geven. Dat vinden Auguste van Oppen, architect en partner bij BETA Architecten en Anouk Reintjens, ontwikkelingsmanager bij gebiedsontwikkelaar AM. Ze pleiten in het boek Meer Generatie Wonen voor een betere mix van generaties in woongebieden. Zowel op woning-, gebouw-, woonblok- als buurtniveau moeten we in Nederland het meergeneratiewonen beter faciliteren.
Onze samenleving moet weer leren samenleven
Auguste en Anouk kenden elkaar al langer vanuit het vak. Tijdens een bijeenkomst ontdekten ze hun gedeelde interesse in meergeneratiewonen. Anouk: “Ik wist dat Auguste zelf een meergeneratiewoning had ontworpen en gebouwd voor zijn eigen gezin en schoonouders. Ik vroeg me af of er niet ontzettend veel belangstelling was voor zijn idee, mede door de toenemende vergrijzing.” De twee besloten nader onderzoek te doen naar wat er in binnen- en buitenland gebeurt op dit vlak. Anouk: “We zagen dat de meeste meergeneratiewoningen een nichemarkt bedienen, maar dat je op andere schaalniveaus, dus binnen gebouwen en binnen woonblokken en buurten veel kan faciliteren.” Ze tonen hun inspirerende bevindingen in het boek ‘Meer Generatie Wonen; een pleidooi voor gemengde woonomgevingen’. Anouk: “Gelukkig gebeurt er al veel op dit vlak, vooral bij de woningcorporaties in ons land. We beweren dus ook niet dat we het wiel hebben uitgevonden.” Auguste: “We hopen vooral te laten zien hoe urgent het is en we hopen dat we iedereen meekrijgen in deze mindset.”
Iets doen voor elkaar
Het boek start met een heldere omschrijving van meergeneratiewonen: “Meergeneratiewonen gebeurt wanneer huishoudens van verschillende samenstellingen en leeftijden, bewust samenleven in een woning, gebouw of buurt. De gedachte achter meergeneratiewonen is dat elke fase van het leven eigen behoeftes kent waar een andere generatie juist mee kan helpen. Het actief sturen op het duurzaam samenbrengen van verschillende generaties leidt to meer solidariteit, betere gezondheid én levensgeluk.” Volgens Auguste is door de vergrijzing de noodzaak groot om anders samen te leven: “Er zijn meer ouderen en die worden gemiddeld ouder. De zorgkosten lopen uit de hand. We kunnen niet op dezelfde voet door leven zonder na te denken over een andere manier van samenleven.” Anouk vult hem aan: “Er is een groot tekort aan mensen in de zorg en we zien vereenzaming toeslaan. Dat zorgt voor schrijnende situaties waar mensen niet de zorg krijgen die ze nodig hebben.” Dat betekent niet dat andere generaties die formele zorg voor de ouderen op zich moeten nemen, benadrukt Anouk: “Maar uit onderzoeken blijkt wel dat ouderen die lekker in hun vel zitten en geestelijk in orde zijn, minder aanspraak maken op zorg. Dat praatje met de buurman maken, misschien eens een boodschap voor de ander doen of samen de hond uit laten, kan al een groot verschil maken voor het welzijn van ouderen. Bovendien kunnen ze ook zelf waardevol zijn voor hun omgeving. Ze kunnen op de kinderen passen, mooie verhalen vertellen, een pakketje voor je aannemen als je aan het werk bent. Iets doen voor elkaar geeft je ook een goed gevoel.” Auguste vult aan: “Het interessante aan meergeneratiewonen is het wederkerige karakter. Ouderen worden niet langer weggezet als louter een kostenpost, maar komen weer midden in de samenleving te staan, iets dat goed lijkt te passen bij deze vrijgevochten generatie.”
De gedachte achter meergeneratiewonen is dat elke fase van het leven eigen behoeftes kent waar een andere generatie juist mee kan helpen
Terug in de tijd?
Auguste vertelt dat deze manier van samenleven ook vroeger in Europa heel gebruikelijk was. “Generaties leefden meer samen. De ouderen pasten op de kinderen als de ouders aan het werk waren op het land. Door de industriële revolutie en de komst van de verzorgingsstaat zijn we die manier van leven kwijt geraakt. We hoeven echt niet terug naar hoe het toen precies was, ook dat was niet perfect. Laten we op zoek gaan naar een natuurlijke manier om het samenleven met meerdere generaties een plek te geven. Dat betekent niet per se dat we met onze eigen ouders of familieleden in een huis moeten wonen, maar dat woonomgevingen gemixt zijn en je in buurten zowel woningen hebt voor ouderen als voor gezinnen, alleenstaanden en studenten.”
Hoewel het delen van een woning of het delen van faciliteiten zoals een keuken, was- of sportruimte zowel financiële als duurzaamheidsvoordelen heeft, want kosten en energie kunnen gedeeld worden, is een huis met anderen delen niet voor iedereen weggelegd. Auguste: “In de jaren zestig kwamen de woongroepen op; die ontstonden vanuit een soms naïeve kijk op het samenleven waarin je letterlijk álles met elkaar deelde. Dat werkte niet voor iedereen. Mensen hebben nu eenmaal ook behoefte aan privacy en willen zich kunnen terugtrekken. Het is belangrijk dat de keuze er is. Maak je woningen waarin meerdere generaties samenleven, zorg er dan voor dat ze zo zijn ontworpen dat ieder ook een eigen leefomgeving heeft.”
Ontmoetingen faciliteren
Volgens Anouk en Auguste ligt er een taak voor lokale overheden, gebiedsontwikkelaars en stedenbouwkundigen om de ontmoetingen tussen generaties in gebouwen en woongebieden beter te faciliteren. Zowel door de manier waarop woningen en appartementen gebouwd worden als door de manier waarop een woonblok of een buurt is ingericht. Het boek, dat gratis te downloaden is, laat inspirerende voorbeelden zien uit binnen- en buitenland van manieren waarop dat kan op alle schaalniveaus. Anouk: “Van bredere galerijen voor appartementen waar ruimte is om elkaar te ontmoeten en op een prettige manier te passeren, tot gemeenschappelijke ruimtes binnen en buiten, maar ook gebouwen waar actief gestuurd wordt op de diversiteit van de bewonersgroep. Wanneer er een huurder vertrekt, wordt er actief gezocht naar een huurder in een bepaalde generatie zodat er altijd een goede mix blijft.
Bij AM denken we in onze projecten altijd na over sociale inclusiviteit. We hopen dat bewustzijn in Nederland ook bij andere partijen te vergroten.” Er zal meer samengewerkt moeten worden. Anouk: “Marktpartijen en gemeentes moeten samen die binnenstedelijk regie pakken en niet op postzegelniveau, maar op gebiedsniveau opereren. Met een integrale visie over het binnenstedelijk gebied, waardoor we er voor zorgen dat bepaalde doelgroepen zoals studenten of ouderen niet ergens worden weggestopt. Zo ontstaan er woonomgevingen waarin doelgroepen meer met elkaar in contact komen en daardoor ook iets voor elkaar kunnen betekenen.” Ze geeft als voorbeeld een project in Utrecht waar het concept meergeneratiewonen uitgangspunt was en er ook huizen met een inpandig appartement gebouwd zijn, zodat mensen onder één dak kunnen samenleven met hun ouders of hun kinderen die 18+ zijn en nog niet het huis uit kunnen of willen. Ook vraagt het creëren van woonomgevingen voor meerdere generaties om commitment legt Anouk uit: “Door afspraken vast te leggen in de statuten, koop- en huuraktes, bijvoorbeeld over het voorrang geven van bepaalde generaties of geïnteresseerden bij mutatie zodat er een gezonde mix blijft in een woonblok, borgen we het oorspronkelijke concept.”
Met vier generaties in een huis
Uit eigen ervaring weten Anouk en Auguste hoe waardevol het is als meerdere generaties naast elkaar wonen. Auguste: “We helpen elkaar. Mijn schoonouders passen veel op en doen de boodschappen en over 10, 15 jaar zijn de zorgtaken misschien wel omgedraaid en zijn wij er voor hen. Je helpt elkaar en bent er voor elkaar in ups en downs. Toen de oma van mijn vrouw ziek werd, hebben we haar in huis genomen zodat ze kon herstellen. Toen woonden we tijdelijk zelfs met vier generaties samen.” Anouk ziet hoe haar ouders genieten van de kinderrijke buurt waar zij in leven. “Mijn ouders hebben een grote tuin waarin de buurtkinderen vaak komen voetballen. Dan komt mijn vader erbij zitten als scheidsrechter en zowel de kinderen als hij zelf hebben dan groot plezier.”
Het boek ‘meergeneratiewonen’ is nu online beschikbaar. Klik hier om het te downloaden